Ballade Van De Vriendinnen Van Een Nacht

Ballade van de vriendinnen van 1 nacht
Wel ben ik liever thuis dan in een kroeg,
maar daar sluipt 's-nachts de stilte om me heen.
En denken over jou deed ik genoeg
dus blijf ik dan maar liever op de been
want slapen gaat al lang niet meer, alleen
Alleen is maar alleen, ik ken de stad
Wanneer ik eenmaal lastig ben en zat
is ieder lichaam even warm en zacht
en helpt vergeten wat ik eenmaal had
Zo ken ik mijn vriendinnen van 1 nacht.
Wanneer de dag komt zie ik pas mijn prooi
Daar naast me slaapt een onbekend gezicht.
En blijkt ze 's-morgens vroeg niet meer zo mooi
als gisteravond met dat roze licht
Dan doe ik maar weer gauw mijn ogen dicht.
Het was misschien wel fijn voor deze keer
Ik ga en kom na deze nacht nooit meer.
En als ze mij ontmoet en vragend lacht
dan denk ik: wie ben jij nu ook al weer.
Zo ken ik mijn vriendinnen van 1 nacht.
Soms droom ik half dat ik weer iets herken
Een geur van haar, een lach waarvan ik hou.
Maar al te goed weet ik dan waar ik ben.
Hier lig ik met een vreemde blote vrouw
en niemand op de wereld lijkt op jou.
Maar blijf ik 's-avonds thuis dan wordt het stil.
Die kamers, vol van toen, ze zijn zo kil.
Ik vlucht de stad in en ga weer op jacht
en breng mezelf opnieuw waar ik niet wil.
Zo ken ik mijn vriendinnen van 1 nacht.
Prinsesjes lief, als iemand jullie kwetst
of sletten noemt of over zeden zwetst
Laat hem een ziekte krijgen vol venijn,
we sliepen met elkaar en dat was fijn.
En daarom heb ik niemand ooit veracht.
Maar ik zal jullie altijd dankbaar zijn.
Zo ben ik mijn vriendinnen van 1 nacht.



Credits
Writer(s): Lennaert H Nijgh, Frank B. Boudewijn De Groot
Lyrics powered by www.musixmatch.com

Link